Towards newborn screening for Cerebrotendinous Xanthomatosis: optimisation of a novel newborn screening method using bile alcohol glucuronides and met

Erasmus MC Rotterdam

Onderzoeksleiders:
Dr. Hidde Huidekoper, metabool kinderarts (Erasmus MC)
Dr. Frederic Vaz, metabool klinisch biochemicus (AMC)

Onderzoekers:
Anita Boelen - AMC
Andrea DeBarber -  OHSH, Portland (USA)
Aad Verrips -  Canisius Wilhelmina Ziekenhuis
Ron Wevers - Radboud MC

Start: 1 september 2017
Duur: 6 - 12 maanden

Stofwisselkrachtsubsidie: € 15.500

Cerebrotendinous Xanthomatosis, of kortweg CTX, is een stofwisselingsziekte die de aanmaak van galzuren in de lever verstoort. Door deze stoornis worden schadelijke stoffen aangemaakt, die zich ophopen in de hersenen, de ooglenzen en de pezen. Onbehandeld ontstaan langzaam steeds meer verschijnselen bij patiënten. Bij jonge kinderen zijn dubbelzijdige staar en moeilijk behandelbare diarree belangrijke symptomen, maar er kan ook een ontwikkelingsachterstand ontstaan. Bij (jong) volwassenen ontstaan voortschrijdende neurologische verschijnselen, waarbij problemen met de coördinatie en denksnelheid ontstaan, maar zicht ook psychiatrische symptomen kunnen voordoen. Daarnaast kunnen vetophopingen op de pezen ontstaan (peesxanthomen). Het ontstaan van ziekteverschijnselen kan worden afgeremd, en bij jonge patiënten zelf geheel worden voorkomen, door het geven van een van de ontbrekende galzuren bij CTX patiënten: chenodeoxycholzuur. Hierdoor is schade die eenmaal in het lichaam is ontstaan vaak niet omkeerbaar, met name in de hersenen. Door het sluipende beloop van de ziekte zit er vaak een lange periode tussen het ontstaan van de eerste ziekteverschijnselen en het stellen van de diagnose CTX, waardoor patiënten met CTX ondanks behandeling toch vaak nog restverschijnselen houden. Bij vroeg starten van de behandeling zullen de symptomen echter nooit ontstaan, wat CTX een zeer geschikte ziekte maakt om op te nemen in de hielprikscreening. In het laatste rapport van de Gezondheidsraad over uitbreiding van de hielprikscreening (2015) is ook geadviseerd CTX in het Nederlandse hielprikscreeningsprogramma op te nemen indien er een geschikte screeningsmethode beschikbaar komt.
De afgelopen twee gaan hebben wij een dergelijke methode ontwikkeld en in een eerste studie laten zien dat we met deze methode patiënten met CTX duidelijk kunnen onderscheiden van gezonde pasgeborenen en van patiënten met andere leverproblemen die aanleiding geven tot een verstoring in de galzuuraanmaak. De resultaten van deze studie zijn met enthousiasme ontvangen in Nederland, maar ook in de Verenigde Staten waar ze CTX ook graag in het hielprikscreeningsprogramma willen opnemen. Momenteel is onze methode echter nog niet voldoende uitgewerkt en eenvoudig genoeg om te kunnen gebruiken in screeningslaboratoria in Nederland en daarbuiten, de methode moet hiervoor verder worden geoptimaliseerd. 
In dit onderzoek willen we onze methode geschikt maken voor gebruik in screeningslaboratoria en op die manier hielprikscreening voor CTX een stap dichterbij brengen. 
Dankzij de financiële steun van Stofwisselkracht kunnen we bijdragen aan een nabije toekomst, waarin patiënten met CTX van jongs af aan adequaat kunnen worden behandeld en geen ziekteverschijnselen meer ontwikkelen.    

Onderzoeks overzicht